Tegenwoordig drinken we allemaal wel al eens een glaasje wijn. Dit is een gewoonte die al duizenden eeuwen teruggaat. Maar vanwaar komt wijn nu? Hoe is wijn ontstaan? En waren de Grieken de eerste die wijn maakten? Wij leggen het voor je uit.
Waar is de eerste wijn ontstaan?
Over de exacte oorsprong van de eerste wijn is nog steeds discussie. Oorspronkelijk werd gedacht dat de eerste wijnen werden gebrouwen in Mesopotamië, het huidige Irak en Syrië. Uit onderzoek en archeologische opgravingen in 2017 vond men echter restanten van wijnsteenzuur op kruiken in het Kaukasisch land Georgië.

Dankzij de bloeiende handel in de jaren die daarop volgden met naburige landen en streken verspreidde ook de kennis van wijn en wijnteelt zich. Zo leerden de Oude Egyptenaren deze prachtige drank kennen en verspreidde deze zich al snel over de hele Egyptische cultuur.
De Grieken verafgoden wijn als geen ander!
Rond 2000 v.Chr. bereikte de druif, en zo ook wijn, eindelijk het historische Griekenland. Hier werd deze bewaard in prachtige Griekse amforen. Aangezien de Oude Grieken nog geen elektriciteit hadden, bewaarden zij hun wijn buiten. Ze hadden als het ware een wijnkoeler buiten! Door hun vaten in te smeren met pek en deze onder de koele grond te stoppen, konden de Grieken hun wijn voor lange tijd bewaren.
In het Oude Griekenland was wijn zo populair dat deze beschaving zelfs een God had benoemt tot God van de wijn! Dionysos was god van de wijnteelt, muziek, theater, poëzie en geestdrift. Hij was één van de vele kinderen van Zeus en woonde op de berg Olympus.
Romeinen, verspreiders van de wijn in Europa.
Dankzij de grote honger naar macht en het uitbreiden van hun gebied, zorgden de Romeinen ervoor dat wijn verspreid raakt over heel Europa. Zij brachten hun wijn mee naar streken zoals de Bordeaux, de Elzas en Catalonië. De Romeinen legden verschillende wijngaarden aan in landen zoals Spanje, Frankrijk en Duitsland.
Niet alleen in streken buiten Rome, ook in Italië zelf bloeide gedurende deze periode de wijnbouw toe. In die tijd werd wijn ook als een echt luxeproduct gezien en werd dit vaak geofferd aan de Goden. Net zoals de Grieken hadden de Romeinen een Romeinse God voor de wijn, Bacchus. Doordat de Romeinen grotendeels de Goden van de Grieken hadden overgenomen, maar deze in een ander jasje hadden gestoken, was Bacchus eigenlijk Dionysus.
Wijn in de Middeleeuwen, een product gemaakt door monniken.
In de Middeleeuwen waren het voornamelijk de monniken die aan wijnteelt deden. Doordat wijn (en alcoholische dranken in het algemeen) steeds een meer religieuze rol gingen spelen, werden er hele wijngaarden door monniken gebouwd. Vele kloosters produceerden daarom ook hun eigen wijn, die daarna in hun misviering werd gebruikt.
Gouden eeuw voor de wijn.
De 17e eeuw, ook wel in Nederland de Gouden Eeuw genoemd, was niet alleen voor Nederland een economische en culturele bloeiperiode. Ook voor de wijn was deze eeuw een belangrijk kantelpunt in het bewaren van wijn. De kurk werd namelijk uitgevonden!
Hierdoor kon men wijn langer opslaan. En tot de dag van vandaag wordt de kurk zelfs gebruik om wijn op te slaan! In een kwalitatieve klimaatkast bijvoorbeeld!